In een elektrisch systeem is een draad een enkele geleider (meestal koper of aluminium) die wordt gebruikt om stroom te geleiden, terwijl een kabel bestaat uit meerdere geïsoleerde geleiders die zijn gebundeld en omhuld in een beschermende buitenmantel.
Een kabel is gemaakt van meerdere geïsoleerde geleiders (draden) die zijn gebundeld en omhuld in een beschermende buitenmantel, die wordt gebruikt om elektrische stroom of signalen veilig over te brengen.
De meest gebruikte geleidermaterialen in kabels zijn koper en aluminium vanwege hun uitstekende elektrische geleidbaarheid en mechanische eigenschappen.
Veelvoorkomende draadtypen zijn:
Veelvoorkomende kabeltypen zijn THHN, XHHW, UF (ondergrondse voedingskabel), NM-B (niet-metalen kabel) en MC (metalen gepantserde kabel), die worden gebruikt om aan specifieke bedradingsbehoeften te voldoen.
Een draad is een enkele geleider, terwijl een kabel bestaat uit twee of meer geleiders die zijn gebundeld en beschermd en versterkt met isolatie en een buitenmantel.
Belangrijke factoren zijn onder meer de nominale stroom, spanningswaarde, isolatietype, omgevingsomstandigheden (binnen/buiten), flexibiliteit en naleving van veiligheidsnormen.
Isolatie voorkomt lekkage, voorkomt kortsluiting en zorgt voor veiligheid door de geleider te isoleren van andere componenten en de gebruiker.
Ja, maar u moet kabels kiezen die specifiek zijn ontworpen voor gebruik buitenshuis met weerbestendige, UV-bestendige en vochtbestendige mantels.
Om een veilige werking te garanderen, moeten draden en kabels over het algemeen voldoen aan nationale en internationale veiligheidsnormen voor spanning, isolatie en prestaties (zoals UL- en IEC-normen).